Bibliotheek

De IDS kent twee versies: een door een clinicus afgenomen gestandaardiseerd en gestructureerd interview (IDS-C) en een zelfbeoordelings-vragenlijst (IDS-SR) . De structuur van de IDS-C en de IDS-SR is hetzelfde. De respondenten wordt standaard gevraagd hoe men zich de afgelopen 7 dagen heeft gevoeld. De IDS-C/SR bestaat uit 30 antwoorditems die gescoord worden op een schaal van 0-3. De Quick Inventory of Depressive Symptomatology (QIDS) is een verkorte variant van de IDS, en bevat 16 items. De QIDS kent ook een door de clinicus te scoren versie (QIDS-C) en een zelfbeoordelingsvorm voor patiënten (QIDS-SR).

De ReQoL vraagt naar; Activiteit, Autonomie, Thuishoren en vrienden, Hoop, Zelfperceptie en Welbevinden. De vragenlijst vraagt de cliënt aan te geven in welke mate een bepaalde stelling de afgelopen week van toepassing was op een vijfpuntschaal van ‘nooit’ tot ‘meestal’. Daarnaast wordt gevraagd de fysieke gezondheid te beschrijven. Deze vijfpuntschaal loopt van ‘Nooit problemen’ tot ‘Meestal problemen’. De verwachte invultijd voor de cliënt is 3 tot 6 minuten.

De RAND-36 is ontwikkeld als multidimensioneel meetinstrument met het doel de algemene gezondheidstoestand vast te stellen. De vragen verwijzen naar beperkingen in het functioneren ten gevolge van fysieke en/of emotionele beperkingen. De RAND-36 is identiek aan de MOS SF-36 vragenlijst. De vragenlijst bestaat uit 36 gesloten vragen waarin beperkingen in het functioneren dan wel cognities over gezondheid worden uitgevraagd. Een hogere score vertaalt zich in een beter niveau van functioneren. De negatief geformuleerde items worden gespiegeld.

De vragenlijst bevat 47 items die zich richten op de klachten van een gegeneraliseerde angststoornis, maar ook op de symptomen van depressie en extra worryvragen. De schalen zijn: separatie-angststoornis, sociale fobie, gegeneraliseerde angststoornis, paniekstoornis, obsessief-compulsieve stoornis en depressieve stoornis. Verder geeft het een totale angstschaal en een totale Internaliserende schaal. Items worden gescoord op basis van een vierpuntsschaal. Er is zowel een variant voor zelfrapportage, als een variant die door de ouders kan worden ingevuld (de RCADS-P).

De IPQ-r bestaat uit vier onderdelen. In het eerste onderdeel geeft de patiënt aan welke klachten hij heeft. Het tweede onderdeel meet de persoonlijke mening van de patiënt over de ziekte. De laatste onderdelen gaan over de mogelijke oorzaken van de ziekte. Er is ook een alternatieve versie van de vragenlijst beschikbaar. Deze meet enkel het derde onderdeel, de toegekende oorzaken van de klachten.

Met de RAF GGZ wordt in vijf stappen de twaalf belangrijkste risicodomeinen in kaart gebracht voor de inschatting van het recidiverisico. De RAF GGZ levert informatie voor de inschatting van het recidiverisico en voor de formulering van behandeldoelen.  

Ook kan de ROM-EH gebruikt worden om doelen op het domein van existentieel herstel te formuleren en te evalueren. De ROM-EH omvat voor volwassen 23 items, en voor kinderen en jongeren 17 items op het gebied van existentieel herstel. De vragen gaan over dit moment en kennen een vijf-puntschaal 'helemaal niet van toepassing' (1) tot 'helemaal van toepassing (5). Wilt onderzoek doen met deROM-EH, neemt u dan contact op met Hanneke Schaap-Jonker via info@kicg.nl

De REPOS stelt tien gedragingen die als kenmerkend voor pijn bij deze groep worden gezien. Vijf van de tien gedragingen betreffen gezichtsuitdrukkingen, de overige vijf bewegingen en verbale uitingen van pijn. De geobserveerde gedragingen worden gescoord waarna er een pijnscore aan wordt verbonden (schaal 1-10). Op basis van de combinatie van beide scores wordt een eventuele interventie bepaald. De vragenlijst wordt ingevuld door de interviewer.

De SCI bestaat uit 24 items en maakt gebruik van 4 subschalen: emotionele gehechtheid (10 items), controle (3 vragen), verantwoordelijkheid (6 vragen) en geheugen (5 vragen). De terugvraagperiode is een week.

Er kunnen drie factoren worden onderscheiden: moeite met het weg doen van spullen, het verzamelen van excessieve rommel en het compulsief binnenhalen. De terugvraagperiode is een week.